Derde fase: sense of self-regulated development and empowerment
Emotionele intelligentie gaat over het begrijpen van jezelf en het zorg dragen voor jezelf.
Vanuit een proces van toenemende spontaniteit en creativiteit gaat de jongere commitment aan en van daaruit op zoek naar eigen – niet universele – waarden en normen, gebaseerd op een toenemende sensitiviteit van de verreikende dynamiek en diversiteit van het leven.
Door het aanbieden van bewegingsvrijheid in de puurste zin van het woord, leert de jongere de waarde van emotionele, sociale en fysieke expressie en motoriek kennen en leert aan te geven hoe hij/zij beweegt in de wereld… . Begrenzingen worden organisch en daarmee acceptabel, functioneel en dus flexibel. De jongere wordt begeleid in het terug herkennen van deze fenomenen in de omgeving / de maatschappij. De cirkel wordt rond.
De jongere begrijpt de relatie tussen de binnenste en buitenste dimensies van de maatschappij en zichzelf, en ontwikkelt manieren om de bron van zijn motivaties en acties te zien en te veranderen.
De hernieuwde openheid voor de eigen authentieke ervaring leidt tot een aanvaardende houding die ruimte biedt om met de diversiteit binnen de reële wereld om te gaan. Vanuit dit bewustzijn leert de jongere de ontstane ruimtes in te vullen met intuïtieve zowel als leerbare sociaal- empathische vaardigheden; het leert beiden te herkennen als functioneel.